• Gebouw

• Transport

Tips voor het beter gebruiken van gebouwen

Het comfort in een gebouw wordt bepaald door het ontwerp van het gebouw, de gebouwschil, en de ramen en deuren. Het is zeer kosteneffectief om hier aandacht aan te besteden omdat het grootste deel van het energiegebruik van een gebouw in de verwarming en koeling zit (samen meer dan 50%) en een gebouw een lange tijd mee gaat.
Met onderstaande tips kan de energie-efficiëntie van een gebouw verbeterd worden en kan geld worden bespaard.

Gebouwschil en isolatie

  • Als je een gebouw wilt opknappen, vergeet dan niet dat goede thermische isolatie veel energie en geld bespaart. Verminder het warmteverlies door het gebruik van dubbele dakbedekking en muurisolatie. Het energieverbruik kan hiermee gehalveerd worden.
  • Zorg ervoor dat de gebouwschil dicht is, vul gaten en kieren op waar het tocht.
  • De kleur van de buitenkant van een gebouw is ook belangrijk omdat het bepaalt of het zonlicht wordt gereflecteerd of geabsorbeerd. Onthoud dat wit en heldere kleuren het zonlicht reflecteren terwijl zwart en donkere kleuren het licht absorberen.

Deuren, ramen en passieve zone energie

 
  • Voor bestaande gebouwen is het lastig en niet altijd even kosteneffectief om extra muurisolatie aan te brengen, maar het vervangen van enkel glas door dubbel glas verbetert het comfort door warmte- en geluidsisolatie. De investering kan relatief snel worden terugverdiend.
  • Als het niet mogelijk is om oude deuren en ramen te vervangen zijn er andere dingen die je kunt doen om de energie-efficiency te verbeteren zoals tochtstrips.
  • Bedek ’s winters overdag de ramen niet met gordijnen of jaloezieën omdat deze het zonlicht tegenhouden terwijl dat de ruimte juist zou kunnen verwarmen. Doe de gordijnen open vooral bij ramen gesitueerd op het zuiden zodat de zon naar binnen kan schijnen.
  • Maar in de zomer (of in warme landen) wanneer de warmte juist een probleem is, kan de zon eenvoudig en tegen lage kosten geweerd worden. Bijvoorbeeld met markiezen of jaloezieën of met planten.

Algemene tips ter besparing van elektriciteit van elektrische apparaten

Twee eenvoudige basisprincipes om in de gaten te houden:

  • Let op bij de aanschaf van elektrische apparaten. Koop energie-efficiënte apparaten (het energielabel is hierbij een handig hulpmiddel, A is het beste) en maak er een gewoonte van om op het elektrisch vermogen te letten (het Wattage).
  • Gebruik elektrische apparaten efficiënt: gebruik ze alleen als het echt nodig is en zet ze de rest van de tijd uit.

Veel apparaten verbruiken continu een klein beetje energie zelfs wanneer ze uit worden gezet. Dit wordt slaapverbruik of stand-by verbruik genoemd en komt bij de meeste elektrische apparaten voor zoals de videorecorder, TV, stereo-installatie, computer en huishoudelijke apparaten. Voor de meeste apparaten is het slaapverbruik enkele tientallen kWh per jaar. Dit kan worden voorkomen door het apparaat helemaal uit te zetten (stekker uit het stopcontact) of door stand-by killers te gebruiken of stopcontacten die met een knop uitgezet kunnen worden.

<< back

Tips voor het besparen van energie (brandstof) in de auto

Het populaire gezegde luidt - wie zoekt zal vinden...
(Dit is een hele simpele tip om energie te besparen maar veel mensen doen het niet)

GELEIDELIJK OPTREKKEN EN REMMEN:
Het geleidelijk optrekken en zacht remmen bespaart brandstof. Snel optrekken en voortdurend van rijstrook wisselen en krachtig remmen verspilt brandstof en zorgt voor snellere slijtage van sommige onderdelen zoals de remmen en de banden. Behoud een veilige afstand tussen voertuigen en anticipeer op de verkeerssituatie zodat er meer tijd is om langzaam te remmen en te versnellen.

RUSTIG AAN:
Rij op de snelweg 90 km per uur in plaats van 120 om brandstof te besparen. Het EPA (Environmental Protection Agency) verwacht een besparing op het verbruik van 10-15% wanneer deze tip wordt opgevolgd. Hoewel ieder voertuig z’n eigen toerental heeft waarbij de efficiency optimaal is, neemt het aantal kilometers dat afgelegd kan worden met een liter brandstof meestal snel af boven de 95-100 km per uur. Probeer ook met een constante snelheid te rijden. Hard op het gaspedaal trappen, pompt meer brandstof naar de motor. Zo veel mogelijk de cruise control op de snelweg gebruiken draagt bij aan een constante snelheid en brandstofbesparing.

MAAK RUIMTE VOOR AGGRESSIEVE AUTOMOBILISTEN:
Laat agressieve rijders passeren bij de eerste de beste gelegenheid. Dat is makkelijker en als je ze roekeloze manoeuvres achter je laat uitvoeren, ga je zelf misschien ook onveilig en inefficiënt rijden. Laat ze maar passeren, lach en zwaai – als ze gehaast en gefrustreerd voor bij scheuren – laat ze hun eigen brandstof maar verspillen.

HOUD DE BANDEN OP DE JUISTE SPANNING
Houdt banden goed opgepompt en uitgelijnd. Dat verbetert het verbruik met meer dan 3%. Een te lage bandenspanning kan het verbruik verhogen met bijna 7% voor elke atmosfeer die de spanning te laag is. Banden op de juiste spanning zijn bovendien veiliger en slijten minder snel. De juiste bandenspanning vindt je in de gebruikershandleiding.

MINDER STATIONAIR DRAAIEN:
T Stationair rijdt een auto nul kilometer op een liter benzine. Hoe zwaarder de motor des te meer de auto verbruikt als hij stationair loopt. Laat een auto niet stationair opwarmen. Het is beter om dat 20 tot 30 seconden te doen en dan rustig weg te rijden totdat de motor op temperatuur is. Als u weet dat u meer dan een of twee minuten moet stilstaan, zet de motor dan af.

ZET DE AIR CONDITIONING UIT :
Airco is geweldig in hete zomermaanden, maar gebruik hem alleen als het echt nodig is. De rest van de tijd kun je de normale ventilatie gebruiken – probeer te vermijden om met de ramen open te rijden, dit leidt bij hoge snelheden tot brandstofverspilling. De airco aan laten staan terwijl die niet echt nodig is verspilt veel brandstof. Zet bij lage snelheden de ramen open. Dit verhoogt weliswaar het verbruik maar op lage snelheden (55-65 km per uur) niet zo veel als de airco. De airco slurpt 8% van de brandstof uit de tank als hij vaak aan staat.

TREK RUSTIG OP :
Trek niet snel op bij een verkeerslicht – doe het rustig aan. Het helpt om te rijden alsof er een kopje koffie op je schoot staat.

PLAN VOORUIT:
Rij niet zo snel mogelijk naar een stoplicht of stopbord om vervolgens hard te moeten remmen. Probeer ook om iets te versnellen vóórdat je een heuvel op gaat, niet als je er al op zít. Al deze tips zullen je helpen minder brandstof te verbruiken.

VUL DE TANK:
Als normaal gesproken het benzinestation niet op de route ligt, vul de tank dan niet steeds met kleine beetjes, bijvoorbeeld voor € 10, omdat elke rit naar het benzinestation tot gevolg heeft dat je meer kilometers rijdt en dus meer benzine verbruikt. Maar als je wel steeds onderweg kunt tanken, kun je beter twee keer halfvol tanken dan een keer vol. Dat scheelt namelijk gewicht, en dus brandstof.

WORD LICHTER:
Vermijd onnodige spullen in je voertuig, vooral zware spullen. 50 kg extra gewicht in je voertuig kan het verbruik doen toenemen met 2%, dit tikt na verloop van tijd behoorlijk aan.

GEEN SPULLEN OP HET DAK:
Een volgeladen imperiaal of zelfs een lege dakkoffer, kan het verbruik 5% verhogen door de extra luchtweerstand.

WACHT EVEN TOTDAT IEDEREEN ZOVER IS:
Start de auto pas wanneer iedereen zit. Veel mensen starten de auto al, in de veronderstelling dat de rest van de mensen elk moment kunnen arriveren… en soms betekent dit enkele minuten wachten en dat is verspilling van benzine (en het veroorzaakt schadelijke uitlaatgassen in de nabije omgeving).

BEDENK VAN TE VOREN HOE JE RIJDT:
Plan de rit die je wilt maken van te voren, zodat je files kunt omzeilen, minder stil staat en minder hoeft op te trekken. Als het ook maar even mogelijk is, probeer dan een rit te delen en/of te carpoolen.

GEWOON PARKEREN:
Blijf niet rondrijden op zoek naar de perfecte parkeerplaats. Neem de kortste route naar een vrije parkeerplaats en ga verder lopen. Blijven rondrijden verspilt niet alleen brandstof maar kost uiteindelijk ook meer tijd dan gewoon je auto parkeren en daarna verder wandelen.

ZOEK DEKKING :
Parkeer in een garage of een overdekte parkeerplek als het mogelijk is. Daardoor verdampt er ’s zomers in de hitte minder benzine en blijft het koeler in de auto. In de winter blijft het juist warmer in de auto. Op die manier hoeft de airco of de verwarming ook minder gebruikt te worden.

<< back